Hagino, haar man Atsuhiro en haar tiener stiefdochter Moeka verhuizen naar een nieuw huis. Voor iemand die niet gezegend was met een warm, aanhankelijk gezin, was dit waar ze altijd van had gedroomd. Maar op een dag, terwijl Hagino weg is, krijgt ze een telefoontje van Moeka met het verzoek om haar hulp. Ze snelt naar huis en vindt haar huis op zijn kop, Moeka's kleren aan flarden gescheurd en een vreemd jong meisje staat over haar heen gebogen, met een schaar in haar hand.